Onze rivieren bevatten te veel pesticiden, kwik en vlamvertragende stoffen. Toch verorberen we jaarlijks nog 30 ton paling uit onze rivieren. ‘Onverantwoord’, zegt bioloog Claude Belpaire. Samen met collega’s van de Universiteit Antwerpen deed Belpaire, in opdracht van de Vlaamse Milieumaatschappij, metingen in elf rivieren en kanalen. Hij ging er op zoek naar de aanwezigheid van twaalf schadelijke stoffen in het spierweefsel van baars en paling.
De lijst van schadelijke stoffen is opgesteld door Europa. Het gaat onder meer om kwik, dioxines, pesticiden en vlamvertragende stoffen die verwerkt zijn in allerhande bouwmaterialen en elektronica.
10 x hoger
Belpaire: ‘In Nederland heeft men vorig jaar het bloed onderzocht van mensen die geregeld wilde paling eten. Het dioxinegehalte bleek tot tien keer hoger te liggen dan dat bij wie geen paling eet. In Vlaanderen bestaan geen commerciële palingvisserijen, maar in Frankrijk en Nederland wel. Verschillende daarvan zijn al gesloten vanwege de volksgezondheid.’
DDT
Belpaire is ook bezorgd om de gezondheid van de paling zelf. Het gaat al decennia slecht met de vis. De glasaaltjes raken in heel Europa in de verdrukking. ‘We zoeken al een tijdje naar de mogelijke oorzaken van de achteruitgang van de palingstocks. Vervuiling is daar zeker een van. Vervuiling door nieuwe schadelijke stoffen, maar ook historische vervuiling, zoals de pesticide DDT, die al in de jaren 70 werd verboden. Overigens blijkt uit mijn palingonderzoek dat er sommige mensen nog een voorraadje DDT hebben, want uit het profiel van de gemeten vervuiling kun je opmaken dat het een min of meer recente vervuiling betreft.’